Wedstrijdreglement

WEDSTRIJDREGLEMENT ( aangepast 11-08-2023)

ARTIKEL 1. ALGEMENE BEPALINGEN.

1. Dit reglement heeft betrekking op alle wedstrijden, welke georganiseerd worden door de Bridge Club Oirschot.
2. De organisatie, leiding en arbitrage van deze wedstrijden zijn in handen van de Technische Commissie, die de taken in onderling overleg verdeelt.
3. Dit reglement verstaat onder:
4. B.C.O.                                     Bridge Club Oirschot
5. N.B.B.                                    Nederlandse Bridge Bond
6. T.C.                                         Technische Commissie
7. W.L.                                       Wedstrijdleider
8. A.M.P.                                   Administrateur Meesterpunten
9. TOERNOOI                          Een paren- of viertalwedstrijd, onderverdeeld in diverse zittingen, welke eventueel op meerdere avonden verspeeld kunnen worden, doch samen één wedstrijd vormen.
10. COMPETITIERONDE Een aantal wedstrijden, minimaal drie, waarvan de uitslagen samengeteld worden tot één einduitslag.
11. WEDSTRIJD Een vooraf aan te geven aantal spellen, door alle paren in één zitting gespeeld, welke één uitslag geven.
12. Alle wedstrijden worden gespeeld volgens:
13. De spelregels voor wedstrijdbridge, vastgesteld door de World Bridge Federation.
14. De bepalingen in dit reglement.
15. De bepalingen in de statuten en het Huishoudelijk Reglement.
16. De samenstelling van de paren is een zaak van de spelers.

ARTIKEL 2. WEDSTRIJDKALENDER.

1. De TC stelt de wedstrijdkalender samen, met inachtneming van art. 18a van het Huishoudelijk Reglement.
2. Vóór het vaststellen van de wedstrijdkalender, dient de voorzitter van de TC bij de penningmeester een begroting in t.a.v. de kosten verbonden aan het prijzengeld voor series, wedstrijden en toernooien welke zijn opgenomen in de wedstrijdkalender.

 

ARTIKEL 3. INDELING VAN DE PAREN.

Aan het begin van het bridgeseizoen wordt:

1. De indeling van de paren in poules voor een nieuw seizoen/competitie geschiedt volgens de rangorde van de einduitslag van de laatst gespeelde competitieronde.
2. Een paar, dat vooraf heeft meegedeeld een jaar niet aan de competitie te willen deelnemen maar wel lid is gebleven van de vereniging, start in het nieuwe seizoen in de poule waarin het is geëindigd.
3. De TC streeft naar een gelijkmatige verdeling.

 

ARTIKEL 4. NIEUWE PAREN.

1. Nieuwe leden die een partnership gaan vormen kunnen uitsluitend na afloop van een competitieronde ingedeeld worden. Tot dan toe kunnen zij slechts “invallen”. De T.C. bepaalt in welke groep ze starten.
2. Indien paren in een andere samenstelling gaan spelen dan in de vorige competitieronde, wordt het paar volgens de onderstaande richtlijnen ingedeeld:

een nieuw uit 2 clubleden gevormd paar wordt ingedeeld in de poule van de laagst geklasseerde van de twee spelers.

Bijvoorbeeld:

A + A ® A en A + B ® B

A + C ® C, tenzij de TC om redenen (bijv. organisatorisch) kiest voor een indeling in de tussenpoule B

3. Een nieuw paar bestaande uit een clublid en een nieuw lid wordt een poule lager ingedeeld dan de groep van het clublid, tenzij de plaats in de oude poule openblijft en TC de voorkeur geeft aan plaatsing in die poule.

 

4. Wanneer een paar tijdens het seizoen zijn partnership beëindigt, hebben zij het recht in die lijn één competitieronde met een invaller(s) te spelen. Indien met die invaller geen nieuw paar wordt gevormd, kunnen zij zelf als invaller meespelen of later in het seizoen volgens de geldende regels van art. 4 lid 1, 2 en 3 als paar worden ingedeeld.

 

ARTIKEL 5. PROMOTIE- EN DEGRADATIEREGELING.

1. Aan het einde van elke competitieronde promoveert en degradeert 25% van de paren.
2. Als TC een ander aantal paren dan hierboven vermeld wil laten promoveren/ degraderen, dan zal zij dit vóór de aanvang van de competitieronde bekend maken.
3. 3.         Van een serie moeten paren 60% van de wedstrijden, afgerond naar boven naar een heel aantal wedstrijden, met de vaste partner gespeeld hebben om te kunnen promoveren. Onder “vaste partner” wordt verstaan diegene met wie men vóór of tijdens het seizoen een partnership heeft gevormd met als oogmerk samen de competities te spelen. Een paar dat 60% of meer van de wedstrijden van een serie absent is geweest, wordt niet geklasseerd en degradeert met inachtneming van punt 4 van dit artikel.

Bovenstaande regel is eveneens van toepassing op een tijdelijk vaste partner, zoals omschreven in art.6 pt.5. De tijdelijk vaste partner treedt niet in plaats van oorspronkelijk vaste partner.

4. Tijdens een aaneengesloten periode van afwezigheid kan een paar ten gevolge van deze afwezigheid slechts één keer degraderen.

 

ARTIKEL 6. INVALLERS.

1. Niet-B.C.O leden, welke als invallers deelnemen, dienen zich te houden aan de reglementen van B.C.O.
2. Een invallend paar of een invallende partner, dient vóór de aanvang van de wedstrijd bij het daarvoor bekend gemaakte adres te zijn aangemeld. Indien niet gemeld, volgt eerst een waarschuwing, daarna telkens een straf van – 10 % op het voortschrijdend gemiddelde.
3. Het invallende paar of de invallende partner mag niet als invaller optreden indien dit gebeurt met de kennelijke bedoeling ter verster­king. Dit ter beoordeling van de TC.
4. Voor wedstrijden gespeeld met een invaller of invallend paar, geldt dat elke score behaald met of door deze invallers meetelt voor de stand in de betreffende competitieronde.
5. Bij langdurige afwezigheid van de vaste partner, is het mogelijk met een tijdelijk vaste partner te spelen indien dit vooraf bij T.C. is bekendgemaakt. In dat geval zijn voor deze tijdelijke vaste partner dezelfde regels van kracht als voor de eigen vaste partner. De tijdelijk vaste partner treedt niet in plaats van oorspronkelijk vaste partner.

 

 

6. De behaalde score met een invaller wordt als volgt in de stand van de ronde verwerkt:

• is de behaalde score meer dan 2% hoger dan de gemiddelde score: genoteerd resultaat is maximaal 2% hoger dan gemiddelde score.
• is de behaalde score meer dan 2% lager dan de gemiddelde score: genoteerd resultaat
• is maximaal 2% lager dan gemiddelde score.

 

ARTIKEL 7. ABSENTIE.

1. Bij gemelde absentie van een paar binnen een competitieronde krijgt dit paar een arbitrale score. Deze bedraagt:

eerste maal afwezig: eigen midden score in die ronde min 2%

tweede maal afwezig: eigen midden score in die ronde min 5%

2. Bij 60% of meer absentie binnen een competitieronde treedt artikel 5.3 in werking.
3. Bij niet gemelde absentie volgt een straf van- 10 % op het voortschrijdend gemiddelde.
4. Bij uitval tijdens speelavond moet de helft of meer van de spellen ( 12 of meer )gespeeld zijn, wil de speelavond aangemerkt worden als zijnde gespeeld. Indien dit niet het geval is wordt de speelavond voor betreffend paar als gemeld afwezig beschouwd.

Toelichting: het is niet meer toegestaan aan een paar om zich af te melden voor een hele ronde zonder te degraderen. Voor de stand in de lijn eindigt betreffend paar indien het zich afmeldt voor een hele ronde op de laatste plaats.

 

ARTIKEL 8. CLUBKAMPIOENSCHAPPEN.

1. Door de TC wordt jaarlijks een aantal competitieronden aangewe­zen, waarvan de eindstanden bepalend zijn voor de stand om het clubkampioenschap.
2. Per aangewezen competitieronde wordt aan de hand van de eindstand van die competitieronde aan elk paar een aantal punten toegekend.

Uitgaande van een groepsgrootte van14 paren worden de volgende punten toegekend.

A1 krijgt 1 punt          A2 2 punten, etc.

B1 krijgt 4 punten      B2 5 punten, etc.

C1 krijgt 7 punten      C2 8 punten, etc.

D1 krijgt 10 punten    D2 11 punten, etc.

 

3. Op de seizoenafsluiting zal de club kampioen bekend worden gemaakt.

De kampioen is het paar met de minste punten in het eindklassement.

4. Op voorstel van de TC kan de algemene ledenvergadering beslissen een clubviertal kampioenschap in het leven te roepen. De vorm waarin dit kampioenschap verspeeld wordt, wordt bepaald door de TC.
5. Een paar dat gedurende een competitieronde absent is en niet vervangen, eindigt op de laatste plaats in zijn lijn.

 

ARTIKEL 9. MEESTERPUNTEN.

1. De A.M.P. wordt aangezocht, benoemd en aangemeld bij de N.B.B. door het bestuur. De functionaris verzorgt alle activiteiten nodig voor het aanvragen, verdelen en het bij de N.B.B. registreren van meester­punten.
2. Per seizoen worden door de TC en de A.M.P. in overleg een aantal wedstrijden aangewezen waarin meesterpunten behaald kunnen worden.
3. Indien klassering meesterpunten oplevert, dan heeft een invallend paar of speler recht op een evenredig aandeel in de toe te kennen meester­pun­ten. Hiervoor dient de invaller zelf contact op te nemen met de A.M.P. functionaris.

 

ARTIKEL 10. SLEMTROFEE

Punten voor de slemtrofee worden als volgt berekend:

groot slem bieden en maken:                        10 punten

groot slem bieden en niet maken:                 – 3 punten

klein slem bieden en maken:                         5 punten

klein slem bieden en niet maken:                  – 1 punt

 

 

 

 

ARTIKEL 11, SYSTEEMKAARTEN EN ALERTEREN

1. Systeemkaarten zijn verplicht en moeten volledig en duidelijk weergeven hoe een paar speelt.
2. De paren overhandigen de systeemkaarten aan de tegenspelers direct na het plaatsnemen aan een tafel.
3. Indien een paar geen correcte systeemkaart kan laten zien, kan de arbiter bij twijfelgevallen in hun nadeel beslissen.
4. De stop- en alerteerregels van de NBB dienen te worden aangehouden
5. Rode systemen zijn op de club niet toegestaan.

 

ARTIKEL 12, SLOTBEPALINGEN.

1. De TC c.q. wedstrijdleider(s) is/zijn bevoegd tot sancties over te gaan bij het niet nakomen van de in dit reglement gestelde regels. Een en ander volgens de richtlijnen van de N.B.B.
2. De door B.C.O. te organiseren vakantiebridge wedstrijden zijn van dit reglement uitgesloten.
3. De dienstdoende, meespelende arbiter hoeft niet te degraderen. In zo’n geval degradeert het erboven geëindigd paar, met inachtneming van de geldende regels voor degradatie volgens artikel 5.1.
4. In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist het bestuur, daarbij geadviseerd door de TC. In die gevallen waarbij een onmiddellijke uitspraak nodig is, beslist de voorzitter van B.C.O.